Vliegbasis Eindhoven was dinsdag het toneel van de eerste ‘Aeromedical Evacuation Day’, georganiseerd door European Air Transport Command (EATC). Zo’n tachtig experts op het gebied van medisch transport per vliegtuig waren samengekomen om bijgepraat te worden op de mogelijkheden en expertises van het multinationale logistieke commando EATC.
Het hoofdkwartier van EATC is gevestigd op vliegbasis Eindhoven. De organisatie is een samenwerkingsverband van zeven Europese landen: België, Frankrijk, Nederland, Duitsland, Italië, Luxemburg en Spanje. Het uitvoeren van medische evacuaties is een van de drie kerntaken van EATC, naast het verlenen van luchttransport en het bijtanken van vliegtuigen in de lucht.
‘Aeromedical evacuation’ is een grote puzzel, waarbij diverse landen beschikken over unieke middelen en mogelijkheden. Alle puzzelstukjes worden door EATC samengevoegd, waarna de juiste keuze gemaakt kan worden voor de benodigde hulp. Op die manier kan een Belgische Airbus A400M bijvoorbeeld worden ingezet voor het vervoer van Nederlandse militaire, of een Franse Hercules C-130J worden ingezet voor een Duitse parachutedropmissie.
De deelnemende landen voeren de onderlinge diensten uit met een gesloten beurs. Wel wordt gebruik gemaakt van het zogenoemde het ATARES-systeem. Dat staat voor ‘Air Transport & Air-to-Air Refueling and other Exchanges of Services’, waarbij de kostprijs van een vlieguur als referentie wordt gebruikt. Als uitgangspunt is gekozen voor de kosten van een uur vliegen met een C-130 Hercules. In plaats van geld worden dus vlieguren als betaalmiddel ingezet.
Tijdens de ‘Aeromedical Evacuation Day’ stonden op het westelijke platform van vliegbasis Eindhoven diverse vliegtuigen en helikopters opgesteld.
Foto’s: Joris van Boven
Tekst: Joris van Boven en Alex van Noije
