PILOOT EN VLIEGTUIG augustus 2021 31
oNVerWaCHTe GebeurTeNis…
Maar dan wordt het ineens oorverdovend stil. Ik zie de propeller vertra-
gen en praktisch tot stilstand komen. Het enige geluid is de fl uitende
wind. terwijl het kwartje nog aan het vallen is in mijn brein, druk ik auto-
matisch de neus naar beneden om snelheid te houden. We zitten nu op
zo’n 105 kts (121 km/h), een snelheid, waar ik me – met het nu maxi-
male startgewicht – comfortabel bij voel. We zitten op 300 ft (91 m).
En dan moet ik het trappetje beklimmen: onverwachte gebeurtenis –
wat is er aan de hand? – conclusie trekken – acceptatie van een geheel
nieuwe realiteit – en … aCtIE. Het vergt een seconde of twee. andré
zegt daarvan achteraf dat hij de radertjes in mijn hoofd zichtbaar zag
draaien.
daar laNdeN…
Voor mij zie ik een weiland met greppeltjes, die parallel lopen aan de
daarachter grenzende a50. Ik wil het veld parallel aan de snelweg van
noord naar zuid aanvliegen. Daarvoor moet ik om de lengte maximaal te
benutten eerst nog zoveel mogelijk naar het noorden. Met 105 kts (121
km/h) schuif ik ook angstig snel te dicht naar de snelweg toe, dus begin
ik aan mijn linkerbocht naar het zuiden. Niet te steil nu, want ik zit al zo
dicht bij de grond, dat ik mijn vleugeltip in de grond zou kunnen steken.
Vaag hoor ik achter mij iets roepen over de deur openmaken. Ik heb er
geen ruimte voor en het gaat me ook niet aan. Ik zit nu in mijn eigen
cocon. tijdens de bocht komt de snelweg toch nog steeds dichterbij.
Met de linkertip ritsel ik door het gras. Ik haal alles eruit wat erin zit. Ik
wil geen fl aps zetten, want ik wil zo snel mogelijk op de grond staan. En
dat gebeurt dan ook weldra.
de slooT…
Het is een zachte landing en het grasveld blijkt redelijk glad, dus zon-
der al te veel gehobbel rennen we met een nog altijd respectabele
snelheid over het gras. Ineens doemt er een brede sloot op. Ik snap
dat ik de neus koste wat kost over de sloot en de walkant aan de over-
kant heen moet tillen. anders staan we abrupt stil en zit iedereen –
al dan niet in de riemen – in de cockpit. Ik trek het hoogteroer volledig
in mijn buik en de resterende 80 kts (93 km/h) zijn genoeg om de
neus weer van de grond te krijgen. De neus – met daarachteraan wij al-
lemaal – kruisen succesvol de sloot. Onderweg voel ik wel lichte schok-
ken en realiseer me dat we het landingsgestel bij de sloot hebben ach-
Bijschrift
??
? ?
??
??
Man en machine in betere tijden.
(Foto’s: gerard ten Voorde)
30-31-32-33_crashc208.indd 31 20-07-21 09:25