PILOOT EN VLIEGTUIG december 2013 55
door: Thijs PosTma – FoTo’s: collecTie PosTma
ontsnapten alle inzittenden met hun schiet-
stoelen. Onderzoek wees uit, dat de schuld
bij een overbelaste hefboom van het horizon-
tale staartvlak lag. Het was gemodificeerd tij-
dens tests, waarbij een rekenfout was gemaakt
bij het verwerken van de windtunnelgegevens,
ondanks controle door de marine, NACA,
de industrie en verschillende universiteiten.
Als resultaat van de rekenfout waren alle
actuators voor het besturingssysteem van de
Seamaster groter dan nodig, waardoor het
hele systeem overpowered was. Omdat het
P6M-2 Seamaster
in het kort
Motoren 4 x Pratt & Whitney J75-P-2
Spanwijdte 30,48 m
Lengte 40,84 m
Max. snelheid 1.163 km/h
Landingssnelheid 278 km/h
Diensthoogte 12.200 m
Max. actieradius 2.415 km
Startgewicht 75.756 kg
Bewapening 2 x 20 mm kanonnen
niet om een fout ging die inherent was aan
het vliegtuigontwerp, werd het programma
voortgezet.
Hobbels
Op 20 januari 1958 vloog de eerste productie
YP6M-1. De luchtinlaten waren gewijzigd en
de uitlaten van de straalmotoren waren meer
naar buiten gericht om verhitting van de romp
te voorkomen en de gestroomlijnde verbinding
tussen de horizontale en verticale staartvlak-
ken was verbeterd.
Door nieuwe vertragingen, veranderingen
en een uit de hand lopende productieplanning
raakte het programma verder achterop en werd
het steeds kostbaarder. Structurele en hydrody-
namische problemen zorgden voor nog meer
vertraging en kosten. Door al deze factoren werd
de introductie van de Seamaster bij de marine
steeds verder uitgesteld. Met de ontwikkeling van
nieuwe wapens verflauwde de belangstelling van
de USN voor de Seamaster. De USN schrapte op
24 november 1958 tien bestelde P6M-2’s. Het
programma werd daarmee gereduceerd tot zes
YP6M-1’s en acht P6M-2’s.
Op 17 februari 1959 maakte de eerste
P6M-1 zijn eerste vlucht, maar nog geen
maand later werd al het werk aan de YP6M-
1’s gestaakt.
De USN wilde nog wel steeds een squa-
dron met acht P6M-2’s in dienst stellen om het
operationele potentieel te evalueren, maar de
opgelopen kosten maakte support steeds
moeilijker. Op 24 augustus 1959 viel het doek,
toen alle contracten werden beëindigd.
52-55_seamaster.indd 55 19-11-13 15:13
