Pagina 64 van: Piloot en Vliegtuig Editie 03-2020

64 PILOOT EN VLIEGTUIG maart 2020
IN PRODUCTIE
Op 14 maart 1951 werd eindelijk de definitieve uitvoering goedgekeurd
en kreeg Fairey een ‘super priority’ opdracht voor 100 Gannet A.S.1’s.
De eerste productie-Gannet vloog ruim twee jaar later. Als interimoplos-
sing werden 100 Grumman Avengers aangeschaft. Het voert te ver om
hier de eindeloze veranderingen, aanpassingen en testprogramma’s te
beschrijven, die nodig waren om de Gannet operationeel te maken. Op
5 april 1954 werden de eerste vier Gannets officieel overgedragen aan
de FAA. Deze werden vanaf 22 maart door de mangel gehaald door de
piloten van No.703 Squadron Service Trials Unit. Gebrek aan respons
van het hoogteroer en compressor-stalling bleven problemen veroorza-
ken. Een Gannet moest een buiklanding maken doordat het hydrauli-
sche systeem het liet afweten en een ander maakte een noodlanding
toen zijn motor ermee ophield tijdens een katapult-start.
Op 17 januari 1955 werd het eerste Squadron (No.826) uitgerust met
de Gannet. Een maand later volgde No.824. In mei ging 826 Sqn. aan
boord van de HMS Eagle. Tijdens operaties in de Middellandse Zee en
vanaf Halfar op Malta deden zich nog meer kinderziekten voor, overi-
gens niet ongewoon tijdens de operationele introductie van een nieuw
type vliegtuig aan boord van een vliegdekschip.
Intussen maakte op 16 augustus 1954 het prototype van de Gannet T.2
trainer zijn eerste vlucht. Deze had dubbele besturingsorganen in de
voorste cockpits met een intrekbare periscoop in de tweede cockpit. De
radaruitrusting was verwijderd en in de waarnemerscockpit konden een
radio-operator of twee passagiers worden geplaatst.
De Gannet A.S.4 en de T.5 trainer waren ontwikkelingen die te maken
hadden met de toename van het gewicht van de A.S.1 en de behoefte
aan krachtiger motoren. Een ontwikkeling van de Double Mamba, de
HISTORIE Door: Thijs Postma – Foto’s: collectie Postma
Gannet T.5 trainer van de Royal Navy.De Royal Australian Navy bestelde 33 Gannet AS.1’s en 3 Gannet T.2’s.
101, leverde 2.950 pk en werd geïnstalleerd in een A.S.1. Op 12 maart
1956 maakte dit prototype voor de A.S.4 zijn eerste vlucht. De eerste
productiemachine volgde een maand later en in juli ontving No.824 Sqn
zijn eerste A.S.4’s.
De laatste T.2’s van de productielijn werden uitgerust met de nieuwe
motor en afgeleverd als T.5’s.
In juli 1960 waren alle Gannet A.S.1 t/m A.S.4’s buiten dienst gesteld en
vervangen door Westland Whirlwind HAS.7 helikopters.
Een paar A.S.4’s werden gerenoveerd met nieuwe radar en elektronica.
Zij dienden als Gannet A.S.6 bij No.831 Squadrons.
GANNET EARLEY WARNING
Op 20 augustus 1958 voltooide het prototype voor de A.E.W.3 zijn eer-
ste vlucht. Dit toestel had geen radaruitrusting en was in feite een aero-
dynamisch testtoestel. In november werd het prototype getest aan
boord van de HMS Centauer en in september kwam de eerste produc-
tie-A.E.W.3 van de lijn. Op 21 januari 1959 vloog de eerste A.E.W.3 die
volledig was uitgerust. In mei werd een programma van deklandingen
aan boord van de HMS Victorious uitgevoerd, waarna drie toestellen
naar No.700G Intensive Trials Unit te Culdrose gingen. Toen deze unit
op 1 februari werd opgenomen in No.849 Sqn, waren er met de toe-
stellen 1.855 uren gevlogen. No.849 was het enige Squadron dat met
de 44 gebouwde Gannet A.E.W.3’s zou opereren.
BUITENLANDSE BELANGSTELLING
De Royal Australian Navy ontving 33 Gannet A.S.1’s en drie T.2’s. In au-
gustus 1955 werden No.816 en 817 uitgerust met Gannets en met de
HMAS Melbourne naar Australië gebracht. No.817 werd daar aan boord
Gannet AEW.3.