Pagina 57 van: Piloot en Vliegtuig Editie 02-2020

PILOOT EN VLIEGTUIG FEBRUARI 2020 57

de lift bij lage snelheden te verbeteren, en dit omdat de eerste straalmo-
toren onvoldoende vermogen leverden tijdens de start en de landing.

LEENTJEBUUR
Omdat op het einde van de Tweede Wereldoorlog in Duitsland onvol-
doende strategische materialen aanwezig waren om de bouw van een Ju
287-prototype mogelijk te maken, werd een eerste prototype gebouwd
dat gebruikmaakte van de romp van een He 177 A-5. De staart was af-
komstig van een Ju 388 en het hoofdlandingsgestel was ontleend aan
een Ju 352. Het neuswiel kwam van een B-24 Liberator die een noodlan-
ding moest maken in door Duitsland bezet gebied. Twee Jumo 004-mo-
toren werden onder de vleugels gemonteerd, terwijl twee andere exem-
plaren vooraan tegen de romp werden aangebracht.

PROTOTYPES
De Ju 287 voltooide zijn eerste vlucht op 16 augustus 1944 in de handen
van testpiloot Siegfried Holzbaur. Tijdens de testvluchten bleek dat er pro-
blemen optraden met de ophanging van de motoren. Daarom werd be-
sloten het tweede en derde prototype (V2 en V3) te voorzien van zes
BMW 003-motoren die onder de vleugel werden opgehangen. Het pro-
ject werd stopgezet in juli 1944, maar Junkers kreeg wel toestemming de
testvluchten met het eerste prototype verder voort te zetten. Tijdens een
van deze vluchten behaalde de Ju 287 V1 een snelheid van 660 km/h.
Aan het einde van de herfst van 1944 werd het hele programma stopge-
zet, maar om onverklaarbare redenen kreeg Junkers in maart 1945 op-
eens de opdracht om de Ju 287 in serieproductie te bouwen en er maan-
delijks honderd te leveren. Iets wat onder de gegeven omstandigheden
onmogelijk was. De Ju 287 V1 werd overgebracht naar het testcentrum
van de Luftwaffe in Rechlin, maar werd vernield door geallieerde bombar-
dementen, nog voor een eerste vlucht kon worden gemaakt. De V2 en V3
waren inmiddels afgewerkt in de Junkers-fabrieken in Leipzig. Tegen het
einde van april 1945 werd de Junkers-fabriek bezet door Russische troe-

De EF 140 was bedoeld als tactische bommenwerper. Vierkoppige bemanning, defensieve bewapening.

pen. Wocke, die het project had geleid, werd gevangengenomen en over-
gebracht naar Rusland, samen met een 80% afgewerkte V2 en een half
afgewerkte V3. In Rusland werd de V2 verder afgewerkt en een eerste
proefvlucht werd op 23 mei 1947 gemaakt onder de typeaanduiding EF
131.

BRUNOLF BAADE
Terwijl de Russen de fabrieken van Junkers bezetten, werd Brunolf Baade
gevangengenomen. Baade was afgestudeerd aan de Technische Universi-
teit in Berlijn en werkte daarna voor Blohm und Voss in Hamburg. In 1930
verhuisde hij naar Amerika waar hij werkte voor onder meer Eastern Air-
craft, North American Aviation en de Amerikaanse vestiging van Fokker. In
1936 keerde hij terug naar Duitsland en werd hij lid van de nazipartij. Hij
ging werken bij Junkers in Dessau als hoofd van de Development and De-
sign Department en was betrokken bij de bouw van de Ju 88, Ju 188, Ju
388 en Ju 287. Tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog werd
Baade in hechtenis genomen door Amerikaanse troepen. Dankzij zijn ken-
nis van het Engels kon hij vlot met de Amerikanen converseren en zo
hoorde hij dat Duitsland na de oorlog gede-industrialiseerd zou worden
en dat er geen toekomst zou zijn voor de luchtvaartindustrie. Daarom be-
sloot Baade zijn toekomst te richten op de plannen van de Russische be-
zetter. Tussen april en juni 1945 bezetten en plunderden Amerikaanse
troepen de Junkers-fabrieken in Dessau, maar in juni 1945 werd Baade
vrijgelaten. Tegen die tijd werden de Amerikaanse bezettingstroepen ver-
vangen door Russische troepen in het kader van de verdeling van de be-
zettingszones als gevolg van de gesloten akkoorden bij de ondertekening
van het Yalta-pact. Dessau lag nu dus in Russisch gebied en Baade werd
opnieuw gevangengenomen, maar ditmaal door de Russen. Hij kreeg de
opdracht om de Junkers-fabrieken in Dessau opnieuw op te starten. Aan-
gezien de fysieke overblijfselen van de fabriek door de Amerikanen waren
afgevoerd, moesten de Russen genoegen nemen met de ‘intellectuele
rijkdom’ die verworden kon worden via ondervraging van vroegere mede-

56-57-58_okb-1ef140.indd 57 21-01-20 12:16